Catalogus der Lichtbeeldenvereeniging 1912-13 (1912)

Record Details:

Something wrong or inaccurate about this page? Let us Know!

Thanks for helping us continually improve the quality of the Lantern search engine for all of our users! We have millions of scanned pages, so user reports are incredibly helpful for us to identify places where we can improve and update the metadata.

Please describe the issue below, and click "Submit" to send your comments to our team! If you'd prefer, you can also send us an email to mhdl@commarts.wisc.edu with your comments.




We use Optical Character Recognition (OCR) during our scanning and processing workflow to make the content of each page searchable. You can view the automatically generated text below as well as copy and paste individual pieces of text to quote in your own work.

Text recognition is never 100% accurate. Many parts of the scanned page may not be reflected in the OCR text output, including: images, page layout, certain fonts or handwriting.

herinnering.HüheeftAveinignoodig op z\)n reis, leeft uiterst matig en is maanden en maanden onder weg. Maar wat doet dat er toe, hier geldt nog niet „Tyd is geld” en de tyd besteed aan een pel- grimstocht of aan een kunstwerk wordt niet geteld. De pelgrim op de afbeelding had te voet bijna 300 K.M. afgelegd. 113 De heilige Fuji berg, gezien tusscben de pij nboomen van het meer Motosu. 114 De Fuji vanaf het meer Motosu. 115 De prachtige helling van den Fuji. 116 De heilige top van den Fuji. 117 De heilige krator van den Fuji. De krater van don Fuji-san is heilig. Over den drogen sintelachtigen grond loopt het reeds eeuwenlang betreden voetpad. Duizenden pel- grims gaan daar jaarlijks op en af. Onderweg zijn 8 rusthutten en ook boven by den krater is een schuilplaats waar men overnachten kan, en dat is wel noodig, want soms houden de stormen er dagen en dagen aan. By het heiligdom woont een priester die de pelgrims een bewys meegeeft, dat zy den krater bereikt hebben; voor velen ’t toppunt van hun leven. De schrijver zag er een oude vrouw. Dagen had zij geloopen, zij en anderen van haar dorp, maar de anderen gingen haar te vlug en alleen was zij verder gegaan, den moeilijken weg langs de steile helling van den berg. Door den storm overvallen, was ze 2 dagen in de rusthut gebleven, toen was ze verder gegaan, gesterkt door het verlangen om het heilige der heilige te aanschouwen. 118 Gezicht vanaf den krater van de Tu^ji op de wolken beneden. Rechts is de ondergaande zon nog even te zien. 119 De brug bij Nikko van rood lak- werk; waarover alleen de Mikado gaan mag. 120 Pelgrims in de tempels te Neira. De lantaarns worden op feestdagen aangestoken ter herinnering aan de afgestorvenen. 121 Waarzegger in een tempelhof. Met behulp van stokjes en enkele boeken geeft by raad omtrent ziekten, uitslag van ondernemin- gen enz. Twee staaltjes enkel als onr mppp-pdppld. gelschman zou voor zaken met een zeilschip een lange reis langs de kust ondernemen. Hy consul- teerde een waarzegger, die voor- spelde dat de reis byzonder voor- spoedig zou zyn. Dit was inderdaad zoo. Eveneens ging, met de beide volgende reizen, die hy niet had , ondernomen zonder eerst den waar- zegger te raadplegen, alles naar wensch. De vierde maal echter verzocht de waarzegger hem in- stantelyk van de reis af te zien, aangezien ’t ongeluk hem zou overvallen. Zyn geloof in den waar- zegger was nu zoo groot geworden, dat hij onmiddellyk zijn ontslag indiende by de Maatschappij waar- voor hy de reis zou ondernemen. A^an het schip werd nooit meer iets gehoord. In November 1905 verliet ik Japan om naar indië te gaan, niet we- tende wanneer ik terug zou ko- men, maar deelde een getrouw bediende mede dat ik waar- schijnlijk ’t volgend jaar terug zou zijn. Ik kwam evenwel in Mei ’s avonds 6 uur te Tokio terug, nam dadelyk den trein naar Yoko- hama waar ik om 7 uur aankwam. Ik ging dadelyk myn bediende opzoeken, teneinde hem weer in dienst te nemen. Hy vertoonde niet de minste verbazing my te zien, maar zeide, dathy my heden avond verwacht had. Verscheiden malen was hy naar een waarzegger geweest om te vragen waar zyn meester was. De eerste twee keeren had de waarzegger alleen kunnen zeggen dat zyn meester vele dui- zenden ri weg was, de derde maal dat zyn meester op zee, op de terugreis naar Japan was, en de vierde maal — dezen zelfden avond half zes — had de waarzegger hem verteld dat zyn meester op 10 ri afstand vras, en dat hy hem den- zelfden avond nog zou ontmoeten. 122 In het land der lotusbloemen. 123 Als de kerseboomen bloeien in Japan 124 Een iristuin. 125 "Wistaria boomgaard te Kameido. 123 Kameido, park met rond lakbrüggetje en bloeienden blauwen regen. 127 Denneboom in den vorm van een Chineesch vaartuig gesnoeid te Kukakuji. 128 .Tauansch huis. De zijden der kamer